De oudste vaartuigen uit de geschiedenis zijn waarschijnlijk boomstammen. Je kunt erop zitten en peddelen, maar je valt gemakkelijk om. Daarom holden de mensen de boomstammen uit. Het werd een kano. Een kano is een lange, smalle boot met een peddel. Eén uitgeholde boomstam was niet erg stabiel. Hij kantelde snel. Maar meerdere boomstammen naast elkaar waren wel stevig. Het vlot ontstond door de boomstammen aan elkaar vast te maken. Meestal gebeurde dat met een touw of met sterke, soepele takken. Zo kon je op de boomstammen zitten of staan zonder dat het vlot omsloeg.
Vroeger kocht Nederland veel hout van andere landen, bijvoorbeeld van Duitsland. Dat hout kwam naar Nederland over water, als houtvlot. Duizenden stammen werden aan elkaar gemaakt. Ze dreven de rivier af. De mensen die het hout naar Nederland brachten, woonden zelf op het vlot. Er was een vlootheer, een stuurman, een timmerman, koks, hulpjes en honderden roergangers. Deze mensen stuurden met z’n allen het vlot. In totaal leefden er wel vijfhonderd mensen op het enorme houtvlot. Ze hadden allemaal een eigen hut. Bij aankomst werden de hutten afgebroken en het hout verkocht. Later namen sleepboten het houttransport over. Dat zijn boten die andere boten voorttrekken. Ook toen ging het om duizenden boomstammen tegelijk. Toen het drukker werd op de rivieren, kon dat niet meer.
Een vlot is een plat vlak, een soort vloer. Bij een boot zit je erin, bij een vlot zit je erop. Een vlot kan van hout, plastic, lege flessen, lege olievaten of piepschuim zijn gemaakt. Piepschuim is licht en stevig materiaal om dingen in te verpakken. Ook kan een vlot van riet gemaakt worden, zoals van Cyperus papyrus. Een vlot wordt altijd gemaakt van materiaal dat blijft drijven. Dat noem je drijvers. Die moeten stevig genoeg zijn om de bemanning te kunnen dragen. Dat zijn die mensen die op het vlot meevaren. De materialen moeten ook op de goede manier in elkaar gezet worden. Een vlot moet in evenwicht zijn. Dus moet het aan alle kanten even zwaar zijn. Dan ligt het recht in het water.
Houtvlotten worden nog steeds op veel plaatsen in de wereld gebruikt om hout van de productieplaatsen (de bossen) stroomafwaarts over de rivieren te vervoeren.
4337